
Verslag Kennisplatform Transfusiegeneeskunde Regio Zuidoost 21 maart 2024
door dr. Marlijn Hoeks, internist-hematoloog, Radboud UMC
Op 20 maart 2025 organiseerde het Kennisplatform Transfusiegeneeskunde Regio Zuidoost een ONLINE onderwijsbijeenkomst met als thema ‘Casuïstiek, op het gebied van transfusiegeneeskunde’. Het was een drukbezochte bijeenkomst met maar liefst 240 deelnemers uit het hele land en zelfs daarbuiten. Het programma werd geleid door Saskia Spelmink, transfusiearts en donorarts KNMG bij Sanquin en Marlijn Hoeks, internist-hematoloog in het Radboud UMC.
William van Doorn, klinisch chemicus i.o. in het MUMC+ trapte af met een casus over een ernstige hemolytische transfusiereactie o.b.v. een anti-E. Er werd benadrukt dat de ‘type and screen’-methode soms een zich ontwikkelende antistof kan missen en dat het analyseren van ouder materiaal behulpzaam kan zijn in de diagnostiek. Marlijn Hoeks, hematoloog in het Radboudumc nam ons mee in een casus met een ernstige acute hemolytische transfusiereactie o.b.v. een Jk(a)-antistof na een ongekruiste erytrocytentransfusie. In enkele uren was de donoreenheid volledig gehemolyseerd. Jk(a)-antistoffen zijn verraderlijk waardoor het belang van TRIX extra groot is. Corrie Scholtus, hemovigilantiemedewerker in de Gelderse Vallei bracht vervolgens een casus met een RhD-probleem. Bij de bloedgroep- en RhD-bepaling waren grote discrepanties zichtbaar. Het bleef onduidelijk waarom het RhD-antigeen niet meer aantoonbaar was nadat het eerder 4+ reageerde. Onderling werd gediscussieerd over de mogelijke oorzaak hiervan.
Na de pauze besprak Jolanda Lambers, klinisch chemicus in het Rijnstate haar bijzondere casus ‘dubbel positief’ waarbij er sprake was van bifasische hemolysinen o.b.v. een anti-P1. Rens van Meijel, klinisch chemicus in het Elizabeth TweeSteden ziekenhuis bracht een casus van een neonaat met een trombocytopenie. Dit was o.b.v. maternale antistoffen tegen GPIV ofwel CD36 wat hetzelfde klinische beeld geeft als een klassieke FNAIT, echter meer kans geeft op de ontwikkeling va hydrops foetalis en herhaalde miskramen. Dit treed alleen op bij een gehele deletie van het CD36-gen wat vaker gezien wordt in gebieden waar malaria voorkomt. Tenslotte, werd door Nadine Mattheij, klinisch chemicus in het Maxima Medisch Centrum een interactieve casus gepresenteerd over een RhD-negatieve moeder die een drieling kreeg na een vroege spoedsectio bij 28 weken. De reguliere anti-D profylaxe had patiënte nog niet gehad vanwege de zwangerschapstermijn. Deze werd uiteraard dan postnataal gegeven. Patiënte bleek een anti-C te hebben welke afkomstig was uit de ampul anti-Rhesus D. Gelukkig blijkt dit van voorbijgaande aard te zijn.
De organisatie is blij met het interessante aanbod uit de verschillende ziekenhuizen en moedigt ook met name analisten aan om bij toekomstige bijeenkomsten zelf interessante casus te presenteren!
De beschikbare presentaties zijn terug te vinden door op de linkjes in het verslag te klikken.
Wij hopen jullie natuurlijk allemaal weer te verwelkomen tijdens de volgende bijeenkomst op 20 november 2025.
Relevante links
