header-image

Staken bepaling antistoffen tegen hartspierweefsel

Bij het aantonen van antistoffen tegen dwarsgestreept spierweefsel en tegen hartspierweefsel wordt gebruik gemaakt van weefselcoupes van apenhart. De fabrikant van deze weefselcoupes heeft aangegeven dit product te discontinueren. Als vervanging zal skeletspierweefsel van aap gebruikt gaan worden. Hiermee komt de mogelijkheid tot het aantonen van antistoffen tegen hartspierweefsel (aanvraagcode A012) per 1 december 2022 te vervallen. 

Bij veel patiĆ«nten met Myastenia Gravis en een thymoom kunnen in het bloed antistoffen tegen skeletspierweefsel worden aangetoond. Antistoffen tegen hartspier kunnen aangetoond worden bij een deel van de patiĆ«nten met het syndroom van Dressler. Het syndroom van Dressler is een ontsteking van het pericard (hartzakje) dat kan ontstaan na wanneer schade is ontstaan aan het hartzakje ten gevolge van een hartaanval (postmyocardinfarct syndroom), chirurgische ingreep (postpericardiotomie syndroom), na een trauma (posttraumatische pericarditis) of reumatische carditis. 
 
Beide antistoffen werden tot nu toe aangetoond op apenhartspierweefsel. Nu de fabrikant heeft aangegeven dit materiaal niet meer te leveren is besloten om over te stappen op apenskeletspierweefsel. In een vergelijking  tussen deze twee soorten weefsels werd geen verschil waargenomen in de resultaten wat betreft de bepaling van antistoffen tegen dwarsgestreept spierweefsel. Dit betekent dat voor het aantonen van antistoffen tegen dwarsgestreept spierweefsel, aanvraagcode A021, in het vervolg gebruik gemaakt wordt van apenskeletspierweefsel. 

Voor aanvraagcode A012, het aantonen van antistoffen tegen hartspier, is besloten geen alternatief aan te bieden. Dit besluit is tot stand gekomen op basis van een laag volume aanvragen  en het gebrek aan positieve samples als controle en kwalificeringsmogelijkheid.
 

Contact

Amsterdam

020-512 3479 08.30-17.00 uur (na 17.00: T 020-512 3254)
[email protected]

Meer contactinformatie